Hoe werkt onze school?
School in de praktijk
Uitgangspunt voor de onderwijsprogramma’s zijn de kerndoelen voor het voortgezet onderwijs. Voor onze leerlingen is het belangrijk dat ze naast kennis ook verschillende vaardigheden aanleren, zodat ze leren omgaan met hun problemen. Deze verschillende vaardigheden leren ze niet vanzelf. In de onderbouw en bovenbouw besteden we daarom aandacht aan het aanleren van deze vaardigheden. Dit doen we d.m.v. het aanbieden van lesprogramma’s. Er wordt aandacht besteed aan sociale vaardigheden en studievaardigheden. Wij weten vanuit onze ervaring dat de meeste leerlingen ook leren vanuit de dagelijkse praktijk. Onze docenten zijn hier dan ook met de leerlingen dagelijks mee bezig. Omdat onze leerlingen, nadat ze bij ons weg zijn, moeten kunnen functioneren in de maatschappij hebben we gekozen voor een school die van veel naar minder structuur gaat. Het leren dragen van eigen verantwoordelijkheid vinden wij belangrijk.
School & samenwerking
Onze school werkt met verschillende partners samen. Voor leerlingen die de opleiding vmbo-kader (richting Zorg & Welzijn), vmbo TL of havo volgen, is het afleggen van certificaten en het halen van het desbetreffende diploma het einddoel. Deze examens organiseren wij in samenwerking met het Christelijk College Groevenbeek in Ermelo.
Onze school heeft contacten met eigen VSO-scholen binnen onze stichting. Wij overleggen op structurele basis met de permanente commissie leerlingwezen (PCL), de leerplichtambtenaar, het samenwerkingsverband en de GGD.
Omdat veel van onze leerlingen een behandeltraject volgen bij een zorgverlener hebben wij ook met verschillende zorgaanbieders contacten, bijv. GGZ Centraal en Bosman GGZ.
School & behandeling
Een behandeling kan plaatsvinden tijdens de schooluren en wordt in het lesrooster opgenomen. Het komt dan ook voor dat een leerling niet de gehele dag in de klas zit. School en de behandelaars werken nauw samen, maar hebben hierin wel hun eigen verantwoordelijkheden.
Leerlingen die geen behandelrelatie hebben met een externe zorgverlener worden, indien haalbaar, zo nodig begeleid door het zorgteam van school.
Schoolmaatschappelijk werk
Op school werkt een schoolmaatschappelijk werkster, die ouders/verzorgers kan ondersteunen bij
opvoeding of hulpverlening.
Overblijven
Leerlingen kunnen op school overblijven. Ouder(s) zorgen ervoor dat hun kind voldoende brood, fruit en drinken mee krijgt. De leerlingen moeten in de pauze in de omgeving van de school blijven. Alleen met toestemming van ouder(s) en school mag een leerling het terrein verlaten.
School en ouders
Wij vinden een goed contact tussen ouder(s) en school belangrijk. De school heeft een deelraad waarin ouders en docenten vertegenwoordigd zijn. Aan het begin van het schooljaar organiseren wij daarom een algemene ouderavond. Tijdens deze avond krijgt u informatie over de onderwijsprogramma’s en de belangrijkste zaken van het schooljaar. Tijdens het schooljaar zijn er rapportbesprekingen van uw kind en wordt u uitgenodigd voor het bespreken van het Ontwikkelperspectief. Wanneer het nodig is, kunt u altijd een afspraak maken met de mentor of de directie.
Resultaten van de leerlingen
Twee keer per jaar, in december en juni, reiken wij rapporten uit. U ontvangt een uitnodiging voor de rapportbespreking.
Excursies
Een aantal keren per jaar gaan leerlingen op excursie. Vaak is deze excursie gekoppeld aan het lesprogramma. Zo woonden we het afgelopen jaar een zitting bij van de Tweede Kamer en bezochten we de rechtbank. Aan de deelname van de excursies zijn geen kosten verbonden. Meerdaagse excursies of schoolkampen organiseren wij af en toe ook. Naast deze excursies zijn er sport- en speldagen en een schooluitje. Bij alle activiteiten zijn meerdere leerkrachten aanwezig die de leerlingen begeleiden.
Foto’s
Wij maken foto’s van onze activiteiten ter herinnering aan een excursie, een sportdag of een diploma-uitreiking. Als u er bezwaar tegen heeft dat we uw kind op de foto zetten, horen we dat graag van u of uw kind. Wanneer u bij ons niet aangeeft bezwaar te hebben, dan gaan wij ervan uit dat uw kind op foto’s mag figureren.
Ouderbijdrage
Jaarlijks vragen wij van de ouders een vrijwillige bijdrage. In de maand september krijgt u een brief waarin we uw medewerking vragen. De bijdrage voor dit schooljaar bedraagt €50,-. Dit geld besteden we aan activiteiten die de overheid niet vergoedt, zoals excursies en de bijzondere activiteiten gedurende het schooljaar. Voor leerlingen die halverwege het jaar instromen, maken we afspraken over de hoogte van het bedrag. De school kan de ouder(s) ook een bijdrage vragen voor verbruiksmaterialen.
Stage
Voor sommige leerlingen is er de mogelijkheid een ‘snuffelstage’ te doen. Dit is een goede gelegenheid om te kijken of een bepaalde beroepsrichting bij hen past. Voor andere leerlingen heeft de stage een therapeutisch en/of ontwikkeldoel. Medewerkers van school begeleiden de stages en hebben contact met de stagebedrijven.
Veiligheid
Onze school wil optimale veiligheid bieden aan leerlingen en medewerkers. Iedereen heeft het recht om – ongeacht culturele of religieuze achtergrond – met respect behandeld te worden. Om die reden heeft het Rietschans College heldere schoolregels waarop we elkaar kunnen aanspreken.
Ouderlijk gezag; wie informeert wie?
- Gezag; ouder(s) zijn verantwoordelijk (recht en plicht) voor opvoeding en verzorging.
- Is een kind 18 jaar dan stopt het ouderlijk gezag van ouders.
- Het gezag ligt bij maximaal twee personen.
- De school informeert bij inschrijving naar de gezagssituatie en verzoekt ouders tussentijds wijzigingen door te geven. Ouders blijven verantwoordelijk voor het verstrekken van de actuele gezinsinformatie aan de school.
- Als professional verstrek je nooit persoonlijke informatie over leerlingen aan derden, tenzij je (uitdrukkelijk) toestemming hebt van gezaghebbende ( en de 16+ leerling) .
- Voor zorg/ ondersteuning is naast de toestemming van de wilsbekwame 12+ leerling de toestemming van beide gezaghebbende ouders nodig
- Bij het ondertekenen van het OPP geldt dat je spreekt met degene die het gezag heeft over het kind.
Ouders gezag? Eén ouder tekent namens beide ouders of beide ouders tekenen
Woont de leerling bij pleegouders/ gezinshuis of behandelgroep of heeft deze een voogd? Dan heb je afgesproken en vastgelegd bij de kennismaking wie je wanneer informeert. En met wie je het OPP bespreekt en de oudergesprekken houdt.
|
|
|
Situatie |
Toelichting |
Handelingsadvies |
Ouders zijn getrouwd of hebben geregistreerd partnerschap. |
Automatisch gezag bij beide ouders. |
Beide ouders hebben recht op informatie over hun kind. |
Niet getrouwd en geen
geregistreerd partnerschap. |
Moeder heeft automatisch éénhoofdig gezag door de geboorte. Vader kan erkennen, heeft dan rechten en plichten maar geen gezag. (Gezag kan voor vader bij rechter worden aangevraagd.) |
Als vader geen gezag heeft kan op verzoek van vader de school globale, feitelijke en belangrijke informatie met vader delen. Vader heeft geen inzage- of afschriftrecht in leerlingdossier.
Moeder kan door de school geattendeerd worden op haar verplichting tot informatieplicht aan de niet gezaghebbende vader. |
Er is een voogd of gezinsvoogd. |
Let op:
Een voogd heeft gezag. Ouders zijn niet meer gezaghebbend, hun gezag is beëindigd.
Een gezinsvoogd is een hulpverlener zonder gezag. In een aantal specifieke gevallen kan de rechter wel gezag toekennen. De gezinsvoogd ondersteunt tijdelijk ouders, die zelf het gezag voeren.
(OTS) |
Maak altijd onderscheid tussen een voogd of gezinsvoogd. Een voogd heeft het gezag en dus altijd recht op informatie over de leerling.
Een gezinsvoogd is ter ondersteuning aan het gezin zodat de minderjarige weer veilig kan opgroeien.
Maak altijd afspraken met alle betrokkenen hoe we elkaar informeren en leg deze vast in rapportage.
Sinds jeugdwet 2015 dient leerkracht/ zorgverlener ongevraagd en gevraagd informatie te verstrekken indien noodzakelijk voor de uitvoering van de OTS. Zonodig zonder toestemming en doorbreken van beroepsgeheim |
Leerling woont bij pleegouders, gezinshuis, behandelgroep. |
Zorgprofessionals hebben geen gezag. |
Breng in kaart wie er gezag heeft en spreek met alle betrokkenen af wie je wanneer en waarover informeert.
Spreek af (en leg vast) wat je met wie bespreekt. Denk aan; dagelijkse verzorgingszaken, OPP, oudergesprekken, ouderavonden etc. |
Ouders zijn gescheiden, beide ouders hadden tijdens samenwonen of huwelijk het gezag. |
Na een scheiding houden beide ouders het gezag. Door scheiding
verandert er niets in de gezagspositie van ouders. |
Regel dat je één aanspreekpunt hebt en spreek af dat de aanspreekouder de andere ouder informeert. Ouders kunnen door school geattendeerd worden op informatieplicht aan elkaar. |
Ouders zijn gescheiden; er is één ouder met gezag. |
Ouders zijn verplicht elkaar te informeren over voortgang en ontwikkeling van hun kind. Als een ouder de school informeert over een wijziging in zijn gezagssituatie, altijd om bewijs vragen. |
Op verzoek dient de leerkracht/ zorgprofessional de niet gezaghebbende ouder op hoofdlijnen te informeren. Aangeven dat je dit ook deelt met de gezaghebbende ouder
|
Nieuwe partners |
De nieuwe partner wordt door school gezien als derde, school mag geen informatie aan derden verstrekken. |
Vraag toestemming aan 16+ leerling/cliënt en zijn gezaghebbende ouders om de nieuwe partner te mogen informeren zodat deze in de dagelijkse gang van zaken betrokken kan worden. Hebben beide ouders gezag dan moeten beide dit ook goed vinden en toestemming geven. De nieuwe partner informeren is service, geen verplichting voor school. |
20-1-2019 L. Calis en J. van Maris